Hygiëne bij lichaamsverzorging van de cliënt

Doelgroep
- Verpleegkundigen / verzorgenden
- Huishoudelijk assistenten
Locatie
- Verpleeghuis
- Verzorgingshuizen
- Woonzorgcentra
- Kleinschalige woonvormen
- Thuiszorg
Benodigde Materialen
- Handendesinfectans (wanddispenser of pompje)
- Vloeibare zeep en papieren handdoekjes
- Handschoenen
- Beschermende kleding; plastic halterschort
- Alcohol 70%
- Persoonlijke toiletartikelen (borstel, kam, gebitsbakje enz.
Zie protocol Benodigde Materialen
Doel
Het voorkomen van verspreiding van micro-organismen tijdens de lichaamsverzorging van cliënten.
Waarom
Een goede lichamelijke hygiëne bij de cliënt draagt bij aan de hygiëne en infectiepreventie.
Aandachtsgebieden bij de lichamelijke hygiëne van cliënten zijn;
- Wassen van de cliënt
- Mondverzorging
- Nagelverzorging
- Hoortoestellen
- Contactlenzen
Wanneer
Tijdens de lichamelijke verzorging van de cliënt en het onderhouden van toiletartikelen.
Werkwijze
1. Wassen van de cliënt
- Draag bij contact met lichaamsvloeistoffen altijd handschoenen.
- Draag altijd een schort wanneer er kans is op bevuiling van de eigen kleding of uniform met lichaamsvloeistoffen.
- Gebruik bij iedere wasbeurt een schone droge handdoek en een schoon droog washandje.
- Gebruik geen spons.
- Vervang zichtbare vuile handdoeken en washandjes.
- Was de cliënt van boven naar onderen (van hoofd naar voeten), om te voorkomen dat micro-organismen vanuit de anaalstreek over het lichaam worden verspreid.
- Voorkom dat micro-organismen vanuit de anus in de urinewegen komen:
- Was de geslachtsdelen bij mannen nadat de voorhuid is teruggetrokken.
- Was de geslachtsdelen bij vrouwen van boven (buikzijde) naar beneden (anus).
- Geef een extra (onder-)wasbeurt aan cliënten van wie het onderlichaam bevuild is met urine en/of feces.
- Vervang na de extra wasbeurt de gebruikte handdoek en het washandje.
- Spoel zeepresten altijd goed af. Zeepresten leiden tot uitdroging van de huid.
- Droog de huid altijd goed, om beschadiging en verweken en smetten van de huid te voorkomen.
- Gebruik bij voorkeur vloeibare zeep uit een dispenser.
- Bij gebruik van vaste zeep: spoel de zeep na gebruik af.
- Was of desinfecteer de handen na verzorging van de cliënt.
2. Mondverzorging
Type gebit | Hoe vaak verzorgen? |
---|---|
Natuurlijk gebit (eigen tanden en kiezen) | Poets het gebit ten minste een keer per dag grondig.
Streef ernaar om tweemaal per dag het gebit te reinigen. |
Gebitsprothese (kunstgebit) | Poets de gebitsprothese tenminste eenmaal per dag. |
- Was of desinfecteer vóór iedere mondverzorging de handen.
- Draag altijd handschoenen bij cliënten die bloedend tandvlees hebben.
- Tandenborstels, tandpasta en gebitsbakjes zijn cliëntgebonden.
- Spoel na gebruik de tandenborstel goed uit.
- Bewaar de tandenborstel met de borstel omhoog.
- Maak de gebitsbakjes dagelijks schoon en droog deze af.
- Vervang de tandenborstel tijdig; vervang de borstel bij voorkeur iedere 3 maanden.
- Was of desinfecteer na iedere mondverzorging de handen.
Bewaren gebitprothese
- Vraag advies over het nat of droog bewaren van de gebitsprothese aan degene die het gebit heeft aangemeten
- Poets de prothese zorgvuldig met zeep en spoel af
- Leg prothese in droog gebitten bakje indien daarvoor geen tandtechnische bezwaren zijn, of
- Leg prothese in bakje met schoon water
- Spoel de prothese met schoon water voordat deze wordt ingebracht
- Maak gebitsbakje schoon en zet het droog weg.
- Vanuit hygiënisch oogpunt is het nat bewaren van gebitsprothese mogelijk, mits de prothese goed gepoetst wordt, in een schoon bakje water wordt bewaard en voor inbrengen wordt afgespoeld.
3. Nagelverzorging
- Maak nagels goed schoon vóór het knippen, met een kunststof nagelborstel en zeep.
- Knip teen- en vingernagels regelmatig.
- Maak na ieder gebruik de nageltang of nagelschaar schoon.
- Bij besmetting met bloed: eerst schoonmaken en vervolgens desinfecteren met alcohol 70%. Zie het protocol Toiletartikelen van de cliënt.
- Laat nagels van diabetici door een pedicure of podotherapeut verzorgen.
- Was of desinfecteer de handen na nagelverzorging.
- N.b. De pedicure of podotherapeut heeft vanuit haar/zijn beroepsgroep richtlijnen voor hygiëne en infectiepreventiemaatregelen.
4. Hoortoestellen
- Volg de instructie van de leverancier.
- Gebruik de bijgeleverde producten.
- Maak het hoortoestel en het oorstukje tenminste 1x per 2 weken schoon.
- Maak het oorstukje zowel van de buitenkant als in het geluidskanaal schoon.
- Gebruik hiervoor de bijgeleverde materialen.
- Droog het oorstukje na het schoonmaken goed af en blaas het geluidskanaal droog met het bijgeleverde blaasbalgje.
- Neem het hoortoestel af met een tissue met het voorgeschreven reinigingsmiddel.
- Let op: het hoortoestel zelf mag niet nat worden.
5. Contactlenzen
Uitgangspunt: de cliënt draagt in principe zorg voor het onderhoud van zijn/haar lenzen. Indien dit niet mogelijk is, dan draagt de cliënt bij voorkeur geen lenzen.
Aandachtspunten bij verzorging contactlenzen door verzorgende;
- Alle benodigde materialen zijn cliëntgebonden; lensetui, lensvloeistoffen, zuignapje.
- Was of desinfecteer de handen voor het inbrengen van de lenzen bij de cliënt.
- Maak de lenzen schoon volgens de instructie. Het soort reinigingsvloeistof is afhankelijk van het type lens.
- Breng de contactlens in, rustend op een vinger.
- Raak de kant van de lens die op het hoornvlies rust niet aan.
- Gebruik voor het schoonmaken van de lenzen uitsluitend het daarvoor bestemde reinigingsmiddel.
- Raak de opening van het flesje lensvloeistof niet aan met je vingers, of met de lens.
- Bewaar de lensvloeistoffen volgens voorschrift.
- Maak dagelijks de lenshouders en het etui schoon. Gebruik hiervoor warm water en (indien bijgeleverd) een persoonsgebonden borsteltje.
- Droog de houder en het etui na het reinigen.
Verantwoordelijkheden
Verzorgenden / verpleegkundigen:
- volgen de hygiënemaatregelen in dit protocol bij de lichamelijke verzorging van de cliënt.
Huishoudelijk assistenten:
- volgen de hygiënemaatregelen in dit protocol bij het onderhouden van toiletartikelen.
Werkgever:
- biedt de benodigde materialen aan, die aan de gestelde normen voldoen.
Definities
Cliëntgebonden: Cliëntgebonden materialen moeten altijd bij één en dezelfde cliënt worden gebruikt.
Desinfecteren: Het verminderen of doden van micro-organismen op of in materialen, op oppervlakken en op handen.
Lichaamsvloeistoffen: Bloed, ontlasting, urine, wondvocht, pus, sputum, braaksel etc.
Micro-organismen: Microscopisch kleine levensvormen, zoals bacteriën, virussen, schimmels en parasieten.
Reinigen: (of schoonmaken). Het verwijderen van zichtbaar en onzichtbaar vuil. Voorkomt dat micro-organismen zich kunnen handhaven en vermeerderen en worden verspreid.